Het is precies vijftig jaar geleden dat de Toyota Celica stond te schitteren op de autoshow van Tokio. Het model bestaat niet meer, maar dit halve-eeuwfeest is een mooie gelegenheid om alle 7 generaties Toyota Celica nog even op een rij te zetten.
De Toyota Celica heeft geschiedenis geschreven. Hij heeft twee rally-WK’s op z’n naam staan, dertig WRC-rally’s, een Europese rallytitel, tal van nationale kampioenschappen. Maar ook het grootste schandaal in de rallysport ooit. Wereldwijd zijn er ruim 4 miljoen Celica’s verkocht. Wat Toyota ertoe heeft bewogen het sportieve succesnummer in 2006 aan de dijk te zetten? Een schoon geweten. Zo’n jaar of vijftien geleden vonden de Japanners dat het roer rigoureus om moest. Voor sportieve uitspattingen was geen ruimte meer. Onder de leiding van de huidige Toyota-president Akio Toyoda – een autoliefhebber in hart en nieren – is Toyota daar enigszins van teruggekomen. Sportiviteit mag weer. Zie de nieuwe Toyota Supra en de extreme Toyota GR Yaris. Zou er ook weer een nieuwe Toyota Celica komen?
Eerste generatie Toyota Celica (1970 – 1970)

De eerste generatie Toyota Celica stond dicht bij het volk. Hij was een aantrekkelijk alternatief voor sportieve coupés als de Opel Manta, de Ford Capri en de Volkswagen Scirocco. Bij onze ontmoeting met alle zeven generaties van de Celica, snappen we direct waaraan het oermodel zijn vroege erkenning aan te danken heeft. Het is zonneklaar dat Toyota’s ontwerpers met een schuin oog hebben gekeken naar de Amerikaanse pony cars toen zij de auto schetsten. Maar de gelijkenissen met Mustang & Co. zijn door de compacte buitenmaten, de ronde vormen, de vrolijke uitstraling en de mooie detaillering snel vergeten.

Celica standaard met vijfbak
Erg mooi is ook het interieur, waarin een ‘hellend’ dashboard tal van ronde instrumenten bevat. Inclusief een toerenteller en een oliedruk- meter. Kwam daar destijds maar eens om bij een gelijkwaardige Europese coupé. Ook de geïntegreerde radio, de combinatie van zwart skai en doorgestikte stof en een vijfversnellingsbak tilden de Toyota Celica boven de concurrentie uit.

Indrukwekkende prestaties
De gele Celica GT Coupé uit de historische collectie van Toyota-importeur Louwman & Parqui heeft de onverwoestbare 1,6-liter viercilinder. Met zijn twee bovenliggende nokkenassen shopt hij het tot 115 pk. Voorzien van deze motorisering, kon de Toyota Celica zich gemakkelijk meten met veel duurdere sportwagens. Een topsnelheid van 190 km/h en een acceleratietijd van minder dan 10 seconden waren in de jaren 70 ronduit indrukwekkend.

Naar Japanse maatstaven is ook de loopbaan van de eerste generatie Celica imposant. Na zijn introductie in 1970 bleef de auto maar liefst zeven jaar in productie. Enkel een bescheiden facelift en de komst van de Celica Liftback waren nodig om de auto onder de belangstelling van het koperspubliek te houden. Dat lukte probleemloos. Wereldwijd vonden ruim 1,2 miljoen exemplaren een eigenaar.

Tweede generatie Toyota Celica (1977 – 1981)

Dat na het verschijnen van de nieuwe Toyota Carina in 1977 werd spoedig de tweede generatie van de Toyota Celica onthuld. Ze hadden dan ook dezelfde technische basis. Door componenten te delen met de Carina, bleef de Celica bereikbaar voor een groot koperspubliek. Hoewel Toyota eind jaren zeventig ook in Europa al stevig voet aan de grond had, richtte het Japanse merk zich met de Celica 2 nadrukkelijkop de Amerikaanse markt. Sterker nog: de auto kreeg vorm in Toyota’s designstudio in El Segundo, Californië. Verantwoordelijk voor het ontwerp was David Stollery. Stollery was na een carrière als kindacteur een opleiding industrieel ontwerpen gaan volgen en had eerder voor General Motors gewerkt.

Meer luxe in tweede Toyota Celica
Zo karakteristiek als zijn voorloper was de tweede generatie van de Celica niet. De atletische vormen van de eerste Toyota Celica hebben plaatsgemaakt voor strakke tijdloze lijnen. Door zijn donkerbruine metaallak en beige interieur maakt de uit 1978 stammende Celica 2000 Liftback XT eerder een deftige dan een sportieve indruk. Daarmee liep de Toyota Celica in de pas met de Amerikaanse pony cars van eind jaren zeventig. Ook die trachtten hun sterk afgeknepen motoren – goed voor het milieu, funest voor het vermogen – te compenseren met meer luxe en comfort.

Korte levenscyclus Celica 2
Het hoogpolige nylon tapijt, de brede met velours overtrokken stoelen en de stroken stickermateriaal in walnotenhoutmotief, zijn net zo Amerikaans als de Stetson van J.R. Ewing uit de tv-serie Dallas . De tweede generatie van de Celica was maar een kort leven beschoren. Na amper vier jaar ruimde hij het veld. Desondanks gaf Toyota de auto halverwege zijn korte bestaan een facelift. De dubbele ronde koplampen werden vervangen door dubbele vierkante exemplaren. De verchroomde bumpers maakten plaats voor zwarte exemplaren van plastic.
Derde generatie Toyota Celica (1981 – 1985)

In de zomer van 1981 onderging de Celica een metamorfose. De ontwerpers leken de derde generatie wel met een geodriehoek getekend te hebben. Rechte lijnen en hoekige vormen bepaalden het aangezicht. Typisch jaren tachtig waren de klapkoplampen, waarbij de lichtunits – net als bij de Porsche 928 – achterover in rustpositie kantelden. Ook in het interieur was het rechtlijnigheid troef. Scherpe lijnen, hoekige vormen, vlakke oppervlakken en stoelbekleding in streepjesmotief zijn beeldbepalend.

Celica 3 krijgt onafhankelijke achterwielophanging
Ondanks zijn nieuwe verschijningsvorm stond de derde Celica op de dezelfde bodempartij als het oude model. Onveranderd was de wielbasis van 2500 mm en ook de hoogte van 1320 mm bleef gelijk. Een belangrijke verbetering was de overstap van een starre achteras naar een onafhankelijke wielophanging. Daarnaast werd de oude kogelkringloopbesturing ingewisseld voor een stuurhuis met een tandheugel. Motorisch hield Toyota vast aan de oude vertrouwde 1,6-liter 2T-motor en tweeliter 18R-motor. Dit tweetal had zijn diensten al sinds de eerste generatie van de Celica bewezen.

Toyota Celica wordt rallyheld
Hoewel de derde generatie van de Celica bij het grote publiek in de vergetelheid is geraakt, dragen veel Celica-liefhebbers de auto op handen. Dit is namelijk het model waarmee Toyota zijn eerste overwinningen in het rally-WK boekte. Tussen 1983 en 1986 waren de Celica’s van TTE (Toyota Team Europe) tijdens de loodzware Safari-rally en Rally van Ivoorkust niet te verslaan. Daarnaast vormde de auto de basis voor de Celica Supra. Dat was een nieuw sportief topmodel dat met zijn zescilinder lijnmotor de prestigestrijd aanging met onder meer de Datsun 280 en 300 ZX, de BMW 6-serie en de zescilinder coupés van Mercedes.

Vierde generatie Toyota Celica (1985 – 1989)

In 1986 gooide Toyota het met de Celica over een andere boeg. Net als de in 1984 geïntroduceerde nieuwe Carina, waarop Toyota’s sportieve working class hero was gebaseerd, kreeg hij een dwars geplaatste motor en voorwielaandrijving. Daarnaast riep Toyota de stevige groei van de Celica (20 centimeter en 150 kilo in 16 jaar tijd) een halt toe. De vierde generatie is korter, lager en lichter. Het nieuwe model was nauwelijks zwaarder dan de eerste generatie.
Overstap op voorwielaandrijving
Door de overstap van achterwiel- naar voorwielaandrijving, hadden de gekrompen buitenmaten geen consequenties voor de binnenruimte. Nu gaat het te ver om de Celica een volwaardige vierzitter te noemen, maar voor het jonge gezin en empty nesters met kleinkinderen voldeed de auto uitstekend. Zelfs een trekhaak was geen ongebruikelijk accessoire voor de Celica. Er waren eigenaren genoeg die er desnoods een caravan mee over de Alpen trokken.

Bescheiden instapversie Celica 4
Een autogenre dat tegenwoordig uit het straatbeeld is verdwenen, is de sportieve coupé met een kleine basismotor. Onder de motorkap van de witte Celica 1.6 Liftback ST op de foto’s, schuilt een 1,6-liter viercilinder met een enkele Solex-registercarburateur. Het vermogen bedraagt een bescheiden 84 pk. Met een tijd van 12,4 seconden op de sprint naar 100 km/h en een topsnelheid van 170 km/h bezorgde je de stratenmaker geen overwerk.

Vierwielaangedreven Celica
Afhankelijk van de liefde die de stratenmaker voor zijn werk had, bezorgde je hem een uitstekend humeur door dezelfde weg te kiezen met een Celica GT-Four. Deze vierwielaangedreven homologatiespecial werd afgevuurd door een tweeliter turbomotor met 193 pk. Goed voor een 0-100 in 8 seconden en een topsnelheid van 220 km/h. De Celica GT-Four ST165 stelde Toyota in staat om in 1989 de strijd aan te binden met de Lancia’s Delta HF Integrale. Daarmee had Lancia al twee keer het WK bij de constructeurs in de wacht gesleept. Juha Kankkunen, Carlos Sainz en Kenneth Eriksson wisten de hegemonie van de Italianen echter niet te doorbreken. Maar naast podiumplekken in Zweden, op Corsica, in Finland, Italië (San Remo) en Engeland (RACrally) bekroonde Toyota rallyjaar 1989 met de eerste en tweede plaats in Australië.

Vijfde generatie Toyota Celica (1989 – 1993)

Eind 1989 was de tijd alweer rijp voor een grondige update. Gebroederlijk naast elkaar, stonden de nieuwe Celica en de tweede generatie van de Toyota MR2 in de schijnwerpers op de Tokyo Motor Show. Opnieuw voeren de Toyota-ontwerpers een geheel nieuwe koers. Ze hadden gekozen voor organische vormen. De theorie achter deze Super Round-vormtaal was het versterken van de carrosserieconstructie als gevolg van de rondingen in het staal, zonder dat het gewicht toenam.

Active Control Suspension voor Celica
Ook op technologisch gebied maakte de nieuwe Celica flinke stappen. Zo werd bijvoorbeeld de computergestuurde Active Control Suspension op de auto aangeboden. Daarbij namen hydraulische schokdempers de taken van de schroefveren en de stabilisatorstangen over. Tevens werden alle rol- en duikbewegingen actief in de kiem gesmoord. In Japan werd bovendien een versie verkocht met vierwielbesturing.

Ook de vijfde generatie van de Celica verscheen als tweedeurs coupé en als driedeurs liftback. Voor Europa bleef de export beperkt tot de laatste carrosserievariant. Alhoewel dat niet het volledige verhaal vertelt, aangezien de coupé door de American Sunroof Corporation in San Diego werd omgebouwd tot cabriolet. Ook die stond bij ons in de prijslijst vermeld (voor 87.830 gulden). Van de Celica Convertible werden destijds slechts drie of vier exemplaren op Nederlands kenteken gezet.
Sportief hoogtepunt Toyota Celica
Toyota’s sportieve ambities bereikten in 1993 en 1994 hun hoogtepunt. De jacht die de fabrieksteams van Ford, Subaru en Mitsubishi maakten op de Celica GT-Four ST185 kon worden afgeslagen. Terwijl Carlos Sainz (1992), Juha Kankkunen (1993) en Didier Auriol (1994) kampioen werden bij de rijders, stelde TTE de titel bij de constructeurs in 1993 en 1994 veilig. Maar Toyota voelde de hete adem van de concurrentie steeds sterker in de nek. Om de titel te kunnen prolongeren, dacht Toyota iedereen te slim af te kunnen zijn …
Zesde generatie Toyota Celica (1993 – 1999)

Na vier jaar werd de wacht opnieuw gewisseld. Aangeprezen als ‘de opvolger van de auto die het WK-rally’s won’ kwam Celica nummer 6 terecht in een overvolle vijver. Gedurende de eerste helft van de jaren negentig verkocht elk zichzelf respecterend merk – van Alfa Romeo tot Volkswagen en van Hyundai tot Fiat – een sportieve coupéversie van zijn populaire middenklasser. De nieuwe Celica was technisch nauw verwant aan de Carina E.

Bij ons werd de Celica geleverd met een nieuwe 1,8-liter motor en een gemoderniseerde variant van de reeds bestaande tweeliter viercilinder. Bij de eerste kennismaking gaf de schrijvende pers aan een voorkeur te hebben voor de kleinere motor met 115 pk. De tweeliter in de Celica GT bouwde onder in de toeren moeizaam zijn koppel op. Daardoor had hij een veel minder soepel karakter.

Rally-Celica met sjoemelturbo
Vanzelfsprekend deed het Japanse merk met Celica 6 opnieuw een gooi naar de wereldtitel. Maar zoals gezegd: de concurrentie zat de Toyota Celica steeds dichter op de hielen. Met de Celica GT-Four ST205 in Groep A-configuratie trachtten Juha Kankkunen en Didier Auriol hun tegenstanders op afstand te houden. Carlos Sainz was naar Subaru overgestapt, het talent van zijn teamgenoot Colin McRae kwam tot wasdom. Naarmate het seizoen vorderde, leek Toyota opnieuw af te stevenen op de titel …

Totdat de FIA een zeer vernuftige en goed verborgen gehouden onvolkomenheid ontdekte in de restrictor van de turbo. FIA-president Max Mosley noemde het: “The most sophisticated device I’ve ever seen in 30 years of motor sports.” Voor het grootste schandaal uit de rallygeschiedenis werd Toyota per direct gediskwalificeerd. Het startbewijs voor 1996 moest worden ingeleverd en de fabriekscoureurs – die van het bedrog nooit hadden geweten – raakten hun punten kwijt. Beide titels gingen naar Subaru en Colin McRae.
Zevende generatie Toyota Celica (1999 – 2006)

We verbazen ons dat het alweer 21 jaar geleden is dat de zevende generatie van de Toyota Celica werd onthuld. Met zijn pijlvormige silhouet, hoekige achterkant en smaakvolle vouwen in het plaatwerk is de Celica een auto die nog steeds heel goed ‘kan’. Een tijdloze verschijning, waarbij slechts het kleine lichtmetaal verraadt dat het model inmiddels op eerbiedwaardige leeftijd is.
Modern interieur Celica 7

Ook het interieur ontwerp heeft weinig last van verouderingsverschijnselen. Natuurlijk, naar touchscreens zoek je tevergeefs in een Celica uit 2001, maar de prominente middenconsole, de ronde ventilatieroosters en het leren airbagstuurtje zouden zo uit een hedendaagse Yaris of Auris kunnen komen. De Celica 7 is korter, smaller en lichter dan zijn voorganger en hij staat op een langere wielbasis. Die is gelijk aan die van de Corolla, waarmee de Celica veel techniek deelt.
Motor met variabele kleptiming

Ook de 1,8-liter VVT-i 16V-motor – met variabele kleptiming aan de inlaatzijde – stamt uit deze compacte middenklasser. De viercilinder levert een vermogen van 143 pk. Bloedstollend zullen de prestaties daarmee niet worden. Maar met een sprintje van 0 naar 100 in 8,7 seconden en een topsnelheid van 205 km/h is de laatste Celica de andere Celica’s in dit gezelschap de baas.

Geen sportieve carrière Celica 7
Voor de zevende generatie van de Celica lag geen sportieve carrière op wereldniveau in het verschiet. Het herziene reglement sloot auto’s als de Celica uit van deelname. Toyota keerde terug in de koningsklasse van de rallysport met de Corolla WRC, en kon in 1999 voor de derde keer de titel bij de constructeurs in ontvangst nemen. Zoveel succes zou het Japanse merk in de Formule 1 en op Le Mans nooit boeken.