Dat één plus één niet altijd twee is, bewijst de Ford Consul Classic die Ford UK in 1961 op de markt brengt. De middenklasser wordt geleverd als tweedeurs of vierdeurs sedan en combineert de styling van de succesvolle Anglia met die van de Amerikaanse Galaxie. Na ruim twee jaar moet Ford erkennen dat de Brits-Amerikaanse cocktail bij te weinig mensen in de smaak valt.
Ford wil eind jaren vijftig optimaal gebruikmaken van de pro-Amerikaanse tijdgeest. Of het nu de vetkuif, pettycoat, spijkerbroek of Wurlitzer-jukebox is, alles wat uit de States komt, vinden we prachtig. Cliff Richard scoort als Britse evenknie van Elvis Presley hit na hit en ook andere artiesten in het Verenigd Koninkrijk imiteren Amerikaanse voorbeelden. Ford UK denkt dit kunstje uit de muziekwereld te imiteren met Amerikaans gestileerde auto’s in pocketformaat.

Ford Consul Classic leunt op Anglia 105
Het eerste voorbeeld is in 1959 de nieuwe Anglia, een betaalbare, compacte auto met een eigenwijze styling. Vooral zijn daklijn maakt de Anglia heel herkenbaar. Volgens Ford zorgt de achterwaarts hellende achterruit voor meer hoofdruimte achterin en blijft de ruit bij regenachtig weer langer schoon. Dat klopt op zich wel, maar eigenlijk is het ontwerp het gevolg van de Amerikaanse designinvloeden binnen het Ford-concern. De ‘omgekeerde’ achterruit had al in 1958 zijn intrede gedaan bij de Lincoln Continental, en volgens Ford past dit designtrekje ook prima bij de kleinere Europese modellen. Met de Anglia 105 krijgt Ford het gelijk aan zijn kant. De vraag naar het model is zo groot, dat er te weinig productiecapaciteit voor de nieuwe Consul Classic overblijft die ook voor 1959 is gepland.

Staartvinnen Consul Classic
Wanneer de middenklasser in 1961 uiteindelijk debuteert, lijkt het of Ford de Amerikaanse Galaxie 500 heeft ingekort en er vervolgens het dak van de Anglia op heeft gelast. Vooral de neus van de Consul Classic – die op de meeste exportmarkten trouwens Consul 315 heet – vertoont sterke overeenkomsten met zijn Amerikaanse voorbeeld. De dubbele ronde koplampen zijn duidelijke Galaxie-erfstukken, en zijn staartvinnen heeft de Consul evenmin van een vreemde. Al met al levert het een elegante, wat overgestileerde sedan op, die het gat tussen de Anglia en de grote Zephyr en Zodiac moet opvullen. Hoewel de Consul Classic dus geen al te grote auto is, zou hij volgens Ford niet misstaan op de parkeerplaats van golfverenigingen – destijds alleen toegankelijk voor mensen met geld of connecties …

Autokopers conservatiever dan muziekliefhebbers
De kopers kunnen kiezen uit twee of vier portieren, maar de klanten staan niet voor de dealerpoorten te dringen. Algauw blijkt dat de autokopers in de Oude Wereld een stuk conservatiever zijn dan de platenkopers en de spijkerbroekdragers.
Een halfjaar na zijn introductie krijgt de Consul Classic gezelschap van de Consul Capri, vernoemd naar het Italiaanse jetset-eiland. Deze sportieve coupéversie mist de ‘omgekeerde’ achterruit, maar door zijn schuine C-stijlen en het extreem lange kofferdeksel is het eveneens een opvallende verschijning.
Motorproblemen Ford Consul Capri
De techniek van de Consul Classic en de Consul Capri is een stuk minder spannend dan het ontwerp. Onder de motorkap ligt een tot 1343 cc opgeboorde variant van Fords bekende Kent-motor, die ook in de Anglia ligt. Daarmee heeft de Consul ruim 22 tellen nodig om de 100 km/h te bereiken. Twee laffe Cliff Richard-nummers later zit je op de amechtige topsnelheid van een 125 km/h. De Consul-rijder die dit kunstje te vaak uitprobeert, krijgt geheid motorproblemen – de drievoudig gelagerde krukas blijkt geen krachtpatser. Tot zover het rock-‘n-rollgehalte van de hippe Ford …

Goede wegligging
Met de komst van een nieuwe 1,5-liter viercilinder motor met vijfvoudig gelagerde krukas gaan de degelijkheid en de prestaties erop vooruit. Toch is de auto nog steeds minder snel dan zijn looks beloven. Zonde, want ondanks de simpele starre achteras met bladveren maakt de Consul 315 indruk met zijn goede wegligging. Dankzij de schijfremmen op de vooras is met het stopvermogen ook niks mis.
Omdat de roep om betere prestaties aanhoudt, brengt Ford in 1963 de Capri GT uit. Bij deze snelle versie is de compressieverhouding van de 1,5-liter motor opgevoerd, daarnaast is een dubbele Weber-carburateur gemonteerd. Resultaat: bijna 80 pk en eindelijk fatsoenlijke prestatiecijfers.

Verdreven door de Ford Cortina
In 1962 introduceert Ford de Cortina. Het no-nonsense-ontwerp van deze nieuwe middenklasser spreekt de kopers wél aan. Daarnaast is het productieproces veel minder duur en ingewikkeld dan van de Consul 315. Dit betekent zijn doodvonnis. In 1964 trekt Ford de stekker uit de productielijn, die in een kleine drie jaar ruim 111.000 sedans heeft voortgebracht en zo’n 18.000 Capri’s.

Ford Anglia 105

Ford Cortina (1962)