Met de X-Type opent Jaguar in 2001 de aanval op onder meer de BMW 3-serie. De baby-Jag vormt echter nooit een serieuze bedreiging voor de Duitse hegemonie in het zakensegment. We gunnen de tijdloze Jaguar X-Type graag een herkansing als youngtimer.
In 2001 maakt Jaguar samen met Land Rover, Volvo, Aston Martin en Lincoln deel uit van de Premier Automotive Group binnen het Ford-concern. Maar hoe chic die verzamelnaam voor die ‘premiummerken’ ook is, het helpt de X-Type niet. Zodra de typische Jaguar-klanten – en anderen die zichzelf nogal deftig vinden – horen dat de X-Type veel componenten deelt met de ‘ordinaire’ Ford Mondeo, staat de auto al op achterstand.

X-Type op dezelfde bodemplaat als Ford Mondeo
Inderdaad staat de X-Type op hetzelfde basisplatform als zijn Ford-neef, maar door diverse aanpassingen aan ophanging en besturing, rijdt hij heel anders. Volgens Mondeo-fans stuurt de X-Type wolliger. X-Type-aanhangers vinden juist dat hún favoriet volwassener, comfortabeler en minder nerveus rijdt. De dwars voorin geplaatste V6-motoren hebben eveneens Ford-roots. Wel heeft Jaguar er onder meer variabele kleptiming aan toegevoegd. Op de prestaties en het geluid van de 2,5- en 3,0-liter zescilinders is weinig aan te merken, maar dorstig zijn ze wel.
Eerste Jaguar met dieselmotor
Bij zijn introductie is de X-Type alleen leverbaar met vierwielaandrijving. Jaguar zelf maakt daar nogal een punt van. Daardoor is de hoon van de X-Type-bashers des te groter wanneer er in 2002 een uitgeklede basisversie leverbaar wordt. De instapper is voorzien van een tot 2,1 liter inhoud geknepen V6 en … voorwielaandrijving. In de ogen van de critici brengt Jaguar het imago van de X-Type de definitieve nekslag toe door hem in 2003 als eerste Jaguar ook als stationwagon en met een dieselmotor aan te bieden. Ongehoord!

Klassieke lijnen
Inmiddels kijkt niemand meer raar op van een Jaguar met een dieselmotor of stationwagon-carrosserie. Sterker nog, Jaguar had voor de komende jaren zo sterk ingezet op diesels, dat de momenteel tegenvallende verkopen het merk tot drastische bezuinigingen dwingt. Dat sommige bedieningselementen in de X-Type oorspronkelijk uit de Mondeo komen, ziet anno nu geen mens meer. Wat je wel ziet, is een compacte zakensedan (of stationwagon) met klassieke Jaguar-lijnen en een prachtig interieur. In de complete Executive-uitvoering tref je fraai leer met contrasterende piping aan, evenals klassiek ogende klokken en een hoeveelheid hout waar een timmerwerkplaats jaloers op is.

Tussendifferentieel X-Type
Vierwielaangedreven X-Types zijn snel, comfortabel en zeer bochtvast. Nadelen zijn het stevige brandstofverbruik en het reparatiegevoelige tussendifferentieel. Wat dat betreft verdient de instap-X-Type de voorkeur. Maar dan moet je genoegen nemen met een iets gemiddelder rijgedrag en modalere prestaties. Wat dat laatste betreft, is de 2.0 Diesel geen verkeerde optie. Die heeft weliswaar slechts 130 pk, maar ook een riant koppel van 330 Nm. De sterkere 2.2 Diesel (155 pk, 360 Nm) werd pas in 2005 leverbaar en moet dus nog een jaartje op de fiscale status van youngtimer wachten.

Achterkant X-Type Estate
De Estate is aan de achterzijde misschien niet moeders mooiste. Kwade tongen maken zelfs vergelijkingen met de Suzuki Baleno Wagon. Feit is dat de X-Type Estate voor een lifestyle-stationwagon veel kofferruimte biedt. Bovendien kunnen de achterpassagiers hun hoofd er beter in kwijt dan in de sedan. Kies je een Jaguar X-Type als youngtimer, dan laat je in elk geval zien geen gemiddelde smaak te hebben. En op het mooie interieur van de X-Type raak je nooit uitgekeken.
