Momenteel is de IAA Frankfurt 2019 in volle gang. Een van de belangrijkste primeurs is de elektrische Volkswagen ID.3. Op de IAA 1969 was de Mercedes C111 de showstopper, ook een auto met een ‘alternatieve’ aandrijflijn. Bij Porsche was een prominente rol weggelegd voor een nieuw, strak vormgegeven instapmodel, de Porsche 914.
Opvolger Mercedes 300 SL?
Ded supersnel gelijnde Mercedes C111 leek de opmaat voor een opvolger van de legendarische Mercedes 300 SL. Maar onder zijn supersportieve plaatwerk verborg hij geen zes-in-lijn of V8, maar een drieschijfs wankelmotor. Op dat moment leek dat nieuwe concept van de Duitse ingenieur Felix Wankel nog de wereld te gaan veroveren. Want wat was dat ding mooi licht en compact! En wat liep-ie trillingsvrij! Uiteindelijk bleef het succes sterk achter bij de verwachtingen. Wankels uitvinding bleek te kampen met een aantal structurele problemen. Vooral op het gebied van afdichting.

Debuut succesvolle Mercedes V8 op IAA 1969
Gelukkig had Mercedes er ook rekening mee gehouden dat de Wankel-motor het niet zou redden. Want samen met de C111 debuteerde de splinternieuwe 3,5-liter V8-motor van Mercedes op de IAA 1969. Deze overvierkante achtcilinder met 200 pk droeg de codenaam M116 en was leverbaar in drie modellen. In de Mercedes 300 SEL 3.5 (W109), de 280 SE 3.5 Cabriolet en de 280 SE 3.5 Coupé (W111). Vanaf het begin werd de nieuwe achtcilinder geleverd met een Bosch-injectiesysteem. De M116 werd een groot succes. Het blok bleef 30 jaar in productie.

Exra pk’s Volkswagen 411
Op de IAA 2019 staat de Volkswagen-hal zoals gezegd in het teken van de ID 3, die uiteindelijk Dieselgate moet doen vergeten. Vijftig jaar geleden probeerde Volkswagen uit alle macht de Kever minder belangrijk te maken. In 1968 had het de Volkswagen 411 geïntroduceerd. Die was groter en comfortabeler was dan de Kever, maar deelde nog veel techniek met zijn oervader en kampte met ondermaatse prestaties. De op de IAA 1969 gepresenteerde Volkswagen 411E met injectiemotor moest die imagoschade rechtbreien. Tevergeefs, de 411 flopte grandioos.

Moderne Fiat 128
Hoe het anders kon – en moest – in het compacte segment, liet Fiat zien op de IAA van 50 jaar geleden. Tja, toen nog wel … De voorwielaangedreven Fiat 128 was geen wereldprimeur, het was wel de eerste keer dat de compacte sedan buiten Italië te bewonderen was. De Fiat 128 schopte het uiteindelijk tot Auto van het Jaar en bleek de voorbode van nog veel meer voorwielaangedreven Fiat-modellen.

Instap Porsche 914 debuteert op IAA 1969
De Porsche 356 was sinds 1965 uit productie en de Porsche 911 was voor veel mensen nog een financiële brug te ver. Porsche wilde hen terwille zijn ontwikkelde samen met Volkswagen de 914 als nieuw instapmodel. De Porsche 914 werd leverbaar met twee boxermotoren. Een 1,7-liter viercilinder met 80 pk en een tweeliter zescilinder met 110 pk. Ondanks zijn moderne design en zijn hippe klapkoplampen werd de Volkswagen-Porsche niet het gedroomde succesnummer.

Snelle jongens
Andere relatief bereikbare sportievelingen op de IAA 1969 zien we onder meer in de vorm van de oogstrelende Audi 100 Coupé, de oervader van de Audi RS7. De 130 pk sterke BMW 2002 tii met injectiemotor maakte ook indruk, maar dan op een heel andere manier dan de BMW Concept 4. Wat subtiliteit bereft zou den de huidige BMW-ontwerpers nog iets kunnen opsteken van de begeerlijke Ford Capri 2300 GT die in 1969 in Frankfurt stond.


Dikke Fords en Opels op IAA 1969
Net als de IAA 2019, waar veel niet-Duitse merken verstek laten gaan, was de editie van 50 jaar gelden vooral een Duits feestje. In een poging Mercedes tegenwicht te bieden, introduceerde Ford de Taunus P7 26M, een grote, luxe sedan met een 2,6-liter V6-motor. Opel doet een duit in hetzelfde zakje met de nieuwe Diplomat B, leverbaar met een 2,8-liter zes-in-lijn, én een 5,4-liter V8. Elektromotoren? Die zaten in 1969 alleen nog in de ladyshaves van de dames die de diverse merkenstands opluisterden …
