Onlangs heeft Stefano Domenicali, CEO van Lamborghini, zich in een interview met MotorTrend laten ontvallen dat hij wel eens met weemoed terugdenkt aan de Lamborghini LM002. Dit terreinbeest was niet bijster succesvol, maar spreekt nog steeds tot de verbeelding.
Dat sanppen we wel. Want vergeleken met de Lamborghini LM002 is de moderne Lamborghini Urus maar een watterige mooiboy. Laten we eens teruggaan naar 1986. Het jaar waarin het biljet van 250 gulden zijn intrede doet, de Zweedse premier Olof Palme wordt vermoord en The Final Countdown van Europa op nummer 1 in de hitlijsten staat. Maar het is tevens het geboortejaar van de Lamborghini LM002.
Lamborghini aan de rand van de afgrond
Voordat Lamborghini succesvol werd onder de vleugels van Audi, heeft de Italiaanse sportautobouwer meermaals aan de rand van de afgrond gestaan. Vele nieuwe eigenaren en investeerders hebben Lamborghini keer op keer weer uit het slop moeten trekken en met noodplannen een doorstart kunnen maken. Eén van die plannen was een project waarmee de Amerikaanse overheid verleid moest worden tot het kopen van een offroad-Lambo.

Project Cheetah
Met de dollartekens van een Amerikaanse defensieorder in de ogen, liep Lamborghini project ‘Cheetah’ in het leven. Onder deze noemer werd in opdracht van Mobility Technology International, dat op zijn beurt in opdracht van de Amerikaanse overheid werkte, gestart met de ontwikkeling van een militaire Lamborghini.
Prototype met Chrysler-motor
In 1977 presenteerde Lamborghini met trots het eerste resultaat van zijn inspanningen op de autosalon van Genève. De getoonde auto bevond zich nog in het prototype-stadium en was bij MTI in Californië gebouwd. Achterin lag een 5,9 liter V8 van Chrysler (180 pk), gekoppeld aan een drietraps automaat. Met een body van aluminium en polyester was de auto niet alleen sterk, maar ook zo licht mogelijk gehouden. Het mocht niet baten. De Amerikaanse overheid vond de auto veel te zwaar en onhandelbaar. Het enige prototype werd zonder opgaaf van reden door de Amerikanen vernietigd. Lamborghini en MTI hebben de auto nooit meer teruggezien. Het contract ging uiteindelijk naar AM General die de HMMWV, beter bekend als Humvee, had ontwikkeld. De afwijzing leidde ertoe dat Lamborghini nog dieper in de schulden kwam te zitten en het merk zelfs het contract van BMW voor de ontwikkeling van de M1 verloor.

V12 uit de Countach
Ondanks het mislukken van ‘project Cheetah’ hield men bij Lamborghini het idee dat er vraag was naar een groot offroad-voertuig. Zodoende werd gestart met de doorontwikkeling van de Cheetah en daarmee de geboorte van de LM001. Maar ook dit model kreeg de handen niet op elkaar . Matige rijeigenschappen en gripproblemen tijdens het accelereren zorgden ervoor dat de LM001 na één prototype een stille dood stierf. Bij de LMA002 werden alle punten van kritiek aangepakt. De motor werd van achteren naar voren verplaatst waardoor de rijeigenschappen sterk verbeterden. Bovendien monteerde Lamborghini zijn eigen V12 uit de Countach. Hiermee had de auto veel meer vermogen dan de concurrentie (332 pk). En dat was nodig ook! Er moest immers 2.600 kg in beweging worden gezet. Na vele tests bleek de LMA002 een goede basis te bieden voor het uiteindelijke productiemodel. En na tal van aanpassingen aan de versnellingsbak, aandrijving en wielophanging debuteerde het model als LM002 op de Autosalon van Brussel in 1986.

Verbruik? 1 op 3!
In de zes jaar tijd (1986 – 1992) dat Lamborghini de LM002 bouwde heeft het model voor- en tegenstanders verrast. Gecharmeerd van het design was eigenlijk niemand. Maar zijn techniek was verbluffend. De V12 uit de Countach leverde in het uiteindelijke productiemodel maar liefst 444 pk en wist daardoor een topsnelheid van 210 km/h te bereiken. Van nul naar honderd zou volgens diverse bronnen maar 7,8 seconden in beslag nemen. En dat met 2.700 kg aan gewicht! Maar goed, de auto verbruikte dan ook zo’n 30 l benzine per 100 km. Oftewel ongeveer 1 op 3 … De brandstoftank van 290 liter was dus geen overbodige luxe.

Geen cash-kameel
De combinatie van de ongekende offroad-eigenschappen en de imposante prestaties waren Lamborghini’s unieke verkoopargument. En dat sloeg aan. Vooral vanuit het Midden-Oosten reisde men af naar Italië om de LM te komen bewonderen. Oliesjeiks, koningen en zelfs de Arabische grenspolitie zagen het potentieel van de terreinvaardige Lamborghini. De auto kon met gemak een snelheid van 160 km/h behalen over de rulle zandduinen en daarmee iedere achtervolging doen slagen. Toch stokte de productieteller al bij zo’n 350 exemplaren en werd de LM002 toch niet de cash-kameel waarop lamborghini had gehoopt.