Ze hebben allebei een V8 onder de kap, maar de Ford Mustang en de Alfa Romeo Montreal verschillen van elkaar als dag en nacht. We nemen de twee fraaie klassieke sportcoupés mee naar buiten voor een onderlinge kennismaking.
De Alfa Romeo Montreal kreeg het begin jaren zeventig zwaar te verduren in de media. Zijn uiterlijk viel tegen, de kofferruimte was klein en het overzicht vanaf de bestuurdersstoel was beroerd. Verder waren de stoelen oncomfortabel, de afwerkingskwaliteit matig en de rijeigenschappen teleurstellend. En zo ging het nog even door. De schrijvende pers liet weinig heel van de nieuwe Italiaanse sportcoupé.

Deze orkaan van negatieve kritiek was een forse tegenvaller voor Alfa Romeo en een succesvolle toekomst voor de exclusieve |Alfa Romeo Montreal leek op voorhand uitgesloten. Helemaal omdat het prijsverschil met de bewierookte Porsche 911 S erg klein was. De voorspellingen kwamen uit. Tussen 1970 en 1977 werden er slechts 3925 exemplaren van de alfa Romeo Montreal gebouwd.
Remmen Ford Mustang
Niet alleen Alfa Romeo had te kampen met slechte publiciteit. Een paar jaar eerder kreeg ook de Ford Mustang er behoorlijk van langs in de bladen. De trommelremmen waren ondeugdelijk, de vering was veel te zacht en de schokdemping ondermaats. En de afwerkingskwaliteit was eveneens beneden alle peil. De Mustang werd omschreven als een bij elkaar geraapte auto, waar vooraf niet goed over nagedacht was. Positieve geluiden klonken er alleen over de heerlijk krachtige en soepele motor.

Verwelkomd als sterren
Gelukkig was het publiek niet zo negatief. Beide auto’s werden verwelkomd als sterren. Iedereen was blij dat Alfa Romeo en Ford het aandurfden om met zoveel passie zo’n onconventionele sportcoupé te ontwikkelen. In het geval van de Alfa Romeo Montreal begon de euforie al drie jaar voordat de productie werd opgestart, met de presentatie van het prototype. Dat stond in 1967 op de wereldtentoonstelling in de Canadese stad Montreal, vandaar ook zijn naam. Het ultramoderne, detailrijke ontwerp van Marcello Gandini (in dienst van Bertone) sloot perfect aan bij de tijdsgeest.
Ontwerp Alfa Montreal
Onder meer door de lamellen voor de koplampen, de zwarte luchtinlaat in de motorkap en de zes opvallende sleuven in de brede B-stijlen had de Montreal voor veel mensen iets magisch. Dat de lamellen en de luchtinlaat er alleen voor de show zaten, vond niemand erg. Ook de zes sleuven achter de portieren zaten er alleen voor het oog; de Montreal was namelijk helemaal niet uitgerust met een middenmotor. Het was een tijd van optimisme en een tijd waarin veel werd geëxperimenteerd, onder meer met lichtgewichtconstructies. De Amerikaanse architect Richard Fuller ontwierp in Montreal de Biospère, een museum met een geodetische koepel. De ruimtevaart ging een steeds belangrijkere rol spelen en er werden nieuwe voertuigconcepten bedacht. Niets was te gek en er leek geen eind te komen aan de wil van mensen om met vernieuwende ideeën te komen.

Mustang in Goldfinger
Ook de Mustang werd al aanbeden voordat hij daadwerkelijk te koop was, mede dankzij een slimme televisiereclame met als titel The Unexpected. In de commercial zoomt de camera in op een onbekende witte auto, onderbroken door beelden van een galopperend paard. Aan het eind van de reclame staat de Mustang op een klein eiland geparkeerd, omringd door water. Begeleid door de harde muziek van een big band kondigt de stem een nieuwe briljante auto aan. De cabrioversie zou kort daarna debuteren in de James Bond-klassieker Goldfinger, met achter het stuur de Bond-girl Tilly Masterson.
De dure campagne was het begin van een grandioos succesverhaal. Ford had niet alleen een nichemarkt aangeboord, het merk had met de introductie van de Mustang bovendien een hele nieuwe soort auto uitgevonden: de pony car. In het eerste productiejaar waren er al 680.989 exemplaren verkocht, de grens van 1 miljoen werd na 18 maanden overschreden. Zowel de Ford Mustang als de Alfa Romeo Montreal baarde veel opzien, elk op zijn eigen manier.

Bekende techniek
Onder het fraaie uiterlijk van beide coupés ging bekende techniek schuil. Ford maakte onder meer gebruik van een aangepaste Windsor small block V8, afkomstig uit de Falcon. Onder de kap van de Alfa Romeo lag een tammere versie van de achtcilinder die in de racewagen Tipo 33 werd gebruikt. Voor het onderstel vertrouwde Ford op een starre achteras met bladveren, tot grote teleurstelling van de sportieve autoliefhebber. Alfa Romeo gaf de Montreal het onderstel van de kleinere en 250 kg lichtere Giulia Sprint GT, eveneens met een starre achteras.

Cruisen in plaats van sprinten
Zodra je met beide sportcoupés de weg op draait, merk je dat ze heel wat minder rap zijn dan ze eruitzien. De Mustang, in ons geval een vroege uitvoering met de 260 cubic inch V8, gaat door snelle bochten als een Mississippi-raderstoomboot op volle zee. Hoewel de achtcilinder goed is voor 163 pk, merk je in de praktijk heel weinig van dat royale vermogen, onder meer doordat de achterwielen moeite hebben om het vermogen op de weg over te brengen. In snelle bochten begint de Montreal flink over te hellen en zodra je accelereert of remt duikt hij diep in zijn vering.
Op rechte stukken kun je heel veel plezier aan de Alfa en de Ford beleven.

Beide auto’s zijn veel beter geschikt om te cruisen dan om er de stenen mee uit de straat te rijden. Maar dat betekent niet dat ze traag zijn. Op rechte stukken kun je heel veel plezier aan de Alfa en de Ford beleven. De Mustang hangt geweldig aan het gas en het motorgeluid dat daarbij geproduceerd wordt, maakt het alleen nog maar leuker.

Stevige dorst
Trap je het gaspedaal van de Montreal vol in, dan word je door de kracht van de V8 flink in de prachtige, met velours beklede stoel gedrukt. De achtcilinder onder de lange motorkap brult, bromt en gilt er hevig op los, het hele klankspectrum komt aan bod. Met zijn topsnelheid van 225 km/h kom je ook vandaag de dag nog prima mee. Jammer is wel dat het verbruik dan al snel oploopt naar 20 liter op 100 km (1 op 5), ondanks de riante inhoud van 63 liter zul je de tank regelmatig moeten vullen.
De achtcilinder onder de lange motorkap brult, bromt en gilt er hevig op los.
Maar het is het waard. Zodra je de lokale pomphouder weer hebt verblijd met je komst en terugloopt naar de auto, is daar weer dat heerlijke moment – het moment dat de Alfa Romeo je met zijn prachtig gevormde gezicht en zwoele ogen aankijkt. De kanariegele lak staat de Montreal perfect en het dashboard betovert je. En de Ford Mustang? Die ontvangt je met de coolness van een doorgewinterde cowboy. Start de motor, zet je voet op het gaspedaal en rijdt met rokende banden de zonsondergang tegemoet.

Zeldzame auto’s
Wie vandaag de dag een Mustang of een Montreal bezit, mag zich gelukkig prijzen. Het zijn allebei namelijk heel bijzondere auto’s. Een heel vroege Mustang zie je niet elke dag, het model is onder meer te herkennen aan de horizontale snelheidsmeter en heeft de kleine 4,3-liter V8 onder de kap. De Alfa Romeo Montreal is nóg zeldzamer, er werden nog geen 4000 exemplaren gebouwd. De Italiaanse sportcoupé is opvallend goed beschermd tegen roest. Dat het onderstel en de remmen niet perfect zijn en zijn V8 behoorlijk dorstig is? Ach, daar kan de ware liefhebber best mee leven.
Classic Cars #43
In deze editie: Alfa Romeo RZ, Audi RS2 Avant, BMW M1, BMW M3 Cabriolet (E30), Citroën C15, Citroën C6, Citroën CX, Citroën DS, Fiat 128, Jaguar E-Type, Mercedes 190 (W110), Mercedes 230 S (W111), Plymouth Fury Gran Coupe V8, Porsche 944 S2 Cabriolet, Renault 4, Simca 1100, Toyota Land Cruiser J4, Triumph Acclaim, Volvo Tundra